De haflinger is een Oostenrijks bergpaardje en goed te herkennen aan zijn blonde manen en blonde staart. Het is een veelzijdig ras en zeer geliefd als gezinpaard. Deze maand meer over deze robuuste koudbloed.
Geschiedenis
In de Oostenrijkse bergen kende men een klein compact bergpaardje dat zij gebruikten voor het werk op de boerderijen. In 1874 werd uit zo'n Tiroler landpaard merrie en een arabisch volbloed de hengst Folie 249 geboren. Deze hengst is de stamvader van alle haflingers en werd geboren in de bergen van Zuid-Tirol. Zijn latere naam dankt het ras aan het dorpje Hafling. De bergen in de streken Beieren en Tirol kenden een ruig klimaat en een ruig terrein met weideplateaus. Het ras ontwikkelde zich hierdoor tot een taai paardje.
Sinds 1899 werd het ras met subsidies en strenge fokselecties raszuiver gehouden. Er ontstonden bij de haflingerhengsten zeven bloedlijnen: A met als stamvader Anselmo, B met Bolzano, M met Massimo, N met Nibbio, S met Stelvio , ST met Student, W met Willy. In 1921 werd in Oostenrijk het "Nordtiroler Haflinger Pferdezuchtgenossenschaft" opgericht om de haflingerfokkerij beter te organiseren. In 1961 is een grote groep van 750 merries en 10 hengsten uit Oostenrijk ingevoerd naar Nederland. Oorspronkelijk was het plan om de paarden te gebruiken op kleinere landbouwbedrijven, om het werk op het land te doen. Maar al snel werden de paarden van het land verdreven door tractors en andere mechanische landbouwmachines. Op dat moment kwamen de andere kwaliteiten van Haflingers om de hoek kijken: het was niet alleen een sterk ras dat het harde werk op het land aankon, maar ook vriendelijk en erg veelzijdig en inzetbaar in alle vormen van paardensport.
Exterieur en uiterlijk
Het meest bekende kenmerk van de haflinger is toch wel de voskleur met de blonde manen en staart. Dit wordt veroorzaakt door het flaxen-gen.
Het is een werklustig paard met veel kracht, uithoudingsvermogen, intelligentie en vaak 'koel in het hoofd'. Een haflinger is sober in onderhoud, dat wil zeggen, ze kunnen nagenoeg de hele winter en zomer buiten blijven en hebben minder voer nodig dan paarden die 'hoog in het bloed' staan. Over het algemeen kunnen ze prima toe met goed ruwvoer en een vitaminebrokje.
Het middelgrote paard heeft een stokmaat tussen de 1,35 en 1,55 m. De kleur is altijd vos, alle tinten zijn toegelaten: van melkvos tot koolvos, maar met weinig wit aan de benen. Manen en staart moeten blond of grijs zijn. De bij voorkeur dubbele manen van haflingers worden niet geknipt of geschoren. Ondanks zijn kleine stokmaat wordt het ras op grond van zijn lichaamsbouw tot de paardenrassen gerekend en niet tot de ponyrassen.
Karakter en gebruik
Haflingerpaarden hebben een betrouwbaar karakter, met een sterke eigen wil. Een consequente duidelijke ruiter kan hun inzet en kracht goed aanwenden want het ras heeft een grote bereidheid tot werken en een positieve instelling. De haflinger is een paardenras dat op veel onderdelen binnen de paardensport ingezet kan worden. Je ziet ze dan ook regelmatig in de dressuur- en springring verschijnen.
Maar ook in de western, TREC, working equitation en andere sportieve disciplines kom je ze regelmatig tegen. Door het koele karakter en de comfortabele gangen zijn ze ook zeer geschikt om buiten te rijden. Door de hardheid kunnen ze goed uit de voeten op wat ruiger en heuvelachtiger terrein.