Als je etiketten op zakken paardenvoer leest, dan zitten er nogal eens ingrediënten in die eigenlijk afvalproducten zijn van bepaalde grondstoffen. Melasse is daar het bekendste voorbeeld van, maar er zijn er nog meer. Welke zijn dit dan en zijn ze dan ook meteen slecht voor je paard? Je leest het in deze blog.
Melasse
Melasse is een afvalproduct afkomstig uit de suikerindustrie. Het wordt gebruikt als bindmiddel en om voeding een betere smaak te geven. Ondanks dat het een afvalproduct is, is het rijk aan suiker. Vroeger in de cavalerie werd melasse gebruikt als de paarden hun voer niet meer wilde eten of de paarden iets te laten eten dat ze normaal niet lusten. Het is immers zoet, dus het maakt het voer een stuk smakelijker.
Echter is melasse tegenwoordig vaak toegevoegd aan graanrijk voer en worden de problemen die het kan geven vaak onderschat. Graan in zakken voer is een perfecte voedingsbodem voor schimmels en bacteriën. Zeker als de zak geopend is en er zuurstof bij komt en er melasse aan is toegevoegd, waardoor het wat plakkerig aanvoelt. Daarnaast beïnvloedt melasse de suikerspiegel van je paard en voegt men er conserveringsmiddelen aan toe. Ook in sommige balancers wordt melasse toegevoegd. Is melasse dan per sé slecht? In grote hoeveelheden: ja. Geef je dus een aantal kilo krachtvoer dat gebonden is met melasse, kun je zomaar flink wat suiker extra geven. En wanneer een zak te lang open staat, kijk dan goed uit voor schimmels. In kleine hoeveelheden, bijvoorbeeld in balancers waar je weinig van voert, kan melasse veel minder kwaad. Maar elke gram suiker is er 1, dus wees voorzichtig als je paard daar al gevoelig voor is.
Appelpulp
Appelpulp is een restproduct dat afkomstig is van de productie van appelsap. Appelpulp is zeer goedkoop en heeft een goede smaak. Appelpulp wordt ook als bindmiddel en vulmateriaal gebruikt en is een goede smaakmaker voor paarden. Het bevat veel vitamine C en E. Het bevat ook pectine en een zeer hoog gehalte aan fructose omdat er geen vezels van de appel meer aanwezig zijn. Pectine heeft effect op de pH in de darmen en heeft een waterbindend vermogen. Dit kan zowel een positieve als negatieve invloed op de darmen hebben. Wanneer de darmflora gezond is, zal pectine niets toevoegen aan de darmflora en dit alleen maar negatief beïnvloeden. Heeft je paard diarree of is de pH waarde niet goed, dan kan pectine wel positief bijdragen. De vraag is of appelpulp dan de juiste grondstof is, of dat je dan beter kunt kiezen voor bietenpulp.
Appelpulp
Bietenpulp
Ook bietenpulp is een restproduct en wel van suikerbieten. Het bevat veel pectine en kan ook nog veel suikers bevatten. Er zijn echter soorten op de markt waarvan het suikergehalte laag is. Bietenpulp was lang een gewild soort voer, vooral omdat het niet duur was en het de mest leek te verbeteren. Het neemt veel water op, dus paarden met diarree kregen snel vastere mest. Dit is tevens ook de reden dat bietenpulp geweekt moet worden in water voor het aan het paard gegeven wordt, anders ontstaan er verstoppingen. De aanwezige pectine zal echter de dikke darm laten verzuren vanwege de lagere pH-waarde, waardoor melkzuurbacteriën goed kunnen gedijen. Paarden met bijvoorbeeld laminitis, die vaak al een te lage pH in de darm hebben, kunnen hierdoor naar een chronische vorm gaan.
Tarwezemelen
Tarwezemelen zijn een afvalproduct van tarwe. Wanneer granen worden verwerkt, wordt de buitenlaag verwijderd. Dit laagje zijn de zemelen, bevatten weinig gluten en worden vaak in slobber gebruikt. Ook zijn tarwezemelen een goede tegenhanger van calciumrijke producten, zoals luzerne, omdat het een hoog fosforgehalte heeft. Het trekt de scheve verhouding weer recht. Paarden vinden de smaak van tarwezemelen vaak erg lekker en het wordt dan ook vaak na koliek gebruikt om een paard te helpen weer te gaan eten. Het bevat veel vezels en moet nat gegeven worden, anders ontwikkelen paarden enterolithiasis (dit lijkt op darmstenen).
Tarwezemelen
Tarwegriesmeel
Ook tarwegriesmeel is een afvalproduct van graan. Wanneer graan vermalen is tot meel, wordt dit gezeefd door zeven van verschillende groottes. Als laatste houd je dan tarwegriesmeel over. Het bevat zeer veel gluten en wordt vaak gebruikt als vulmateriaal. Zeker paarden met gevoeligheid voor gluten kunnen hier op reageren.
Tarwegriesmeel
Rijstzemelen
Zoals tarwezemelen een restproduct zijn van tarwe, zijn rijstzemelen een restproduct van rijst. De rijst wordt gepeld en het buitenste laagje dat overblijft noemt men rijstzemelen. Hier zit echter zo'n 30% zetmeel in en vaak worden er conserveermiddelen toegevoegd. Het is niet aan te raden dit aan je paard te voeren.
Lijnzaad extractie
Lijnzaad extract is een afvalproduct van lijnzaadolie. Het wordt vaak gemengd met antioxidanten en conserveermiddelen. Het wordt vaak gebruikt als vulmateriaal en zorgt voor een betere balans van proteïne en energie. Echter is dit vaak van olie van mindere kwaliteit. Daarom is het beter om lijnzaad te geven in de oorspronkelijke vorm: als zaad. Dit kan het beste gekookt of vermalen gegeven worden voor de beste opname. Doe dit wel kort voor je het voert, anders wordt het ranzig. Koken hoeft niet als je minder geeft dan 100 gram per dag. Vermalen is dan echter wel aan te raden, anders kan het paard het zaad slecht kauwen en verteren.
Lijnzaad
Sojabonen extractie en sojaschroot
Sojaschroot is nevenproduct dat voornamelijk vrijkomt bij de productie van sojaolie. Olie-onttrekking vindt bij sojabonen plaats door middel van extractie en is dus ook een afvalproduct van de sojaboon. Uit een sojaboon wordt ca. 20% olie gewonnen, wat overblijft zijn sojahullen en sojaschroot. Hier is ecologisch veel controversie over. Het is bijna altijd een genetisch gemodificeerd product, dat wordt behandeld met glysofaat, dat zeer schadelijk is. Sojaschroot wordt vaak aangeraden als eiwitbron bij paarden, maar niet ieder paard verdraagt dit even goed. De verhouding aminozuren is niet optimaal en sojazetmeel veroorzaakt vaak winderigheid bij paarden.
Sojabonen
Biergist
Biergist is een afvalproduct uit de bierindustrie. Biergist neemt de suikerderivaten op om energie te krijgen. Het afvalproduct hiervan is dan alcohol. Biergist bevat B-vitamines en wordt gebruikt als probiotica in de paardenindustrie. Het gisten helpt echter de groei van melkzuurbacteriën die de darmflora kunnen verstoren.
Biergist wordt vaak gebruikt bij paarden met mestwater. Dit lijkt in eerste instantie te helpen, maar niet omdat het bindt. Er is een studie waarbij men zag dat paarden mestwater kregen door chronische stress. Biergist voedt zich met suiker en gaat zo alcohol produceren. De alcohol komt in het lichaam van het paard terecht en werkt dus kalmerend. De stress wordt minder en het mestwater lijkt te verdwijnen.