Het is inmiddels lente. De zon schijnt, de planten en bomen worden weer groen en de zaden ontkiemen. En laat daar nu net het gevaar op de loer liggen als het gaat om de zaden van de esdoorn.
In de herfst schreef ik al eerder een blog over atypische myopathie: Herfst: de esdoorn en Atypische myopathie - Blog - Equinemarkt Forum. Toen zat het gevaar in het vallende blad en zaden. In de lente zit het gevaar in het ontkiemen van die zaden. De zaden van de esdoorn herken je als helikopters, zie foto hierboven. Ze dwarrelen al draaiend naar beneden en vallen op de grond. Wanneer je deze zaden niet weghaalt, zullen ze in de lente gaan ontkiemen. Zodra er genoeg vocht is en de temperatuur boven de 5 graden komt, zal het zaadje zich gaan ontwikkelen tot een plantje. We noemen dit zaailingen.
Deze zaailingen zijn onopvallend in het gras. Ze hebben dezelfde kleur en ook het gras gaat groeien, dus de zaailingen vallen echt weg in het gras. Ze worden niet voor niets een sluipmoordenaar genoemd. Om te voorkomen dat je paard deze zaailingen op eet is het belangrijk al in het najaar zoveel mogelijk zaden te verwijderen zodra ze naar beneden vallen. Daarnaast kun je (een deel van) de wei afzetten waar een esdoorn bij staat en je kunt de zaailingen met de hand verwijderen.
Zaailing van de esdoorn
Atypische myopathie
Atypische myopathie is een zeer ernstige spieraandoening die in het najaar en voorjaar op kan treden bij dieren met weidegang. De ziekte kan heel acuut beginnen en zich zo snel ontwikkelen dat paarden met de aandoening dood gevonden worden. Atypische myopathie komt vrijwel alleen maar voor bij paarden die buiten lopen. De aandoening wordt vooral gezien tijdens of na een periode met koud, nat en winderig weer bij paarden die doorgaans geen of weinig bijvoeding krijgen. De aandoening komt incidenteel ook voor in weilanden waar geen esdoorns te vinden zijn.
Klinisch vertoont een paard met atypische myopathie de typische symptomen van een spierbevangenheid: niet willen lopen, veel liggen, harde pijnlijke spieren en vaak trillen en zweten. De urine is koffie-zonder-melk-kleurig, net als bij de werk-gerelateerde myopathie (spierproblemen). Deze bruine kleur wordt veroorzaakt door afbraakproducten van de aangetaste spiercellen. De aandoening verloopt vaak heel snel.
Diagnose
Heb je het vermoeden dat jouw paard atypische myopathie heeft, zet je paard dan binnen, zo dicht mogelijk bij de plaats waar hij stond. Houd het dier warm te houden en bel onmiddellijk de dierenarts. Indien er geen stal beschikbaar is, is het goed om een noodvoorziening te bouwen. Ook een deken kan helpen. De dierenarts zal het paard klinisch onderzoeken en zo nodig bloed en urine afnemen voor onderzoek. De concentratie van het spierenzym creatine kinase (CK) geeft een indicatie van de ernst, maar om de diagnose ‘atypische of weidemyopathie’ met 100% zekerheid te stellen is een stofwisselingsonderzoek nodig naar de hypoglycine A, methylene cyclopropyl acetic acid (MCPA) en acylcarnitine concentraties in het serum van aangetaste paarden, maar dit kost tijd en geeft dus alleen achteraf een bevestiging van de diagnose. Er zijn geen absolute grenswaarden van deze stoffen aan te geven. Sommige dieren krijgen met lagere concentraties al spierproblemen, terwijl andere dieren met hogere concentraties geen klinische symptomen laten zien.
Behandelen
Het is het beste om een paard met symptomen van myopathie zo dicht mogelijk bij de wei waar hij is gevonden te behandelen, omdat lopen (als dat nog kan), maar ook transport erg veel extra schade aan de spieren geeft.
De algemene maatregelen zijn rust, dikke bedding, warme deken, liggende dieren elke 4 uur op de andere zijde leggen en voldoende water en goed hooi verstrekken. Als medicatie zal de dierenarts pijnstillers en veel infuus (om de afvalstoffen die giftig zijn uit te spoelen) geven. Ook kan carnitine (om afvalstoffen te binden die daarna uitgeplast kunnen worden), vitamine E en vitamine B2 worden gegeven. Om voldoende energie voor de spieren beschikbaar te krijgen kan worden geprobeerd, nu de vetstofwisseling niet goed werkt, om de suikerstofwisseling te stimuleren door behandeling met glucose en insuline. Dit vergt echter wel zeer zorgvuldige controle van de bloedwaarden.
Esdoorn